Truineer Nieuws melden?

Infrabel-woordvoerder Fréderic Petit draagt Sint-Truiden een warm hart toe

Infrabel-woordvoerder Fréderic Petit is al 17 jaar het gezicht en de stem van spoorwegbeheerder Infrabel en vertelde in ‘den Truineer’ over zijn job en over de band met zijn geboortestad en woonplaats Sint-Truiden.

Trots als ik ’s ochtends door ons mooie stadscentrum loop

Truienaar Frédéric Petit is al zeventien jaar het gezicht en de stem van spoorwegbeheerder Infrabel. Petit werd voor zijn werk al eens ver- kozen tot beste Nederlandstalige woordvoerder van het jaar. Als je hem niet op de televisie ziet of op de radio hoort, vind je hem terug op de ten- niscourt of de Haspengouwse fietsroutes. Onze reporter Lander Lismont trok naar stationscafé ’t Buffet en sprak de perswoordvoerder over zijn rol bij Infrabel en de band met zijn geboortestad en woonplaats, Sint-Truiden.

De meeste mensen kennen jou als woordvoerder van Infrabel, hoe zou je jouw rol zelf omschrijven?

“Als woordvoerder sta je altijd op de barricade en ben je verantwoordelijk voor de crisiscommunicatie wanneer er een ongeval gebeurt, bij zware vertragingen en ga zo maar door. Vaak percipiëren mensen jou dan als de brenger van slecht nieuws. We brengen uiteraard ook veel positieve boodschappen, maar die blijven soms minder hangen. Ik ben 24 op 7 bereikbaar, je kan dus stellen dat mijn job als woordvoerder het tegenovergestelde is van een nine-to-five job. De grootste uitdaging is om te kunnen relativeren. Dat is niet evident in je beginjaren als woordvoerder. Intussen ben ik gepokt en gemazeld in het vak en dat is een enorm voordeel op dat vlak. Vooral de geboorte van mijn dochtertje Emilie, acht jaar geleden, heeft me geholpen om dingen makkelijker in perspectief te plaatsen.”

Welke gebeurtenissen blijven je het meest bij?

“Het treinongeval in Buizingen, waarbij veel slachtoffers vielen en het ongeluk met de goederentrein in Wetteren. Dat zijn grote crisissen en die blijven je natuurlijk altijd bij. Ongevallen aan overwegen zijn ook altijd erg aangrijpend. In zo’n geval is mijn eerste vraag altijd of het om een kind gaat. Want dat maakt de impact nog zoveel groter. Een aantal jaren geleden stak een jongetje in West-Vlaanderen een overweg over en kwam daarbij om het leven. Je staat er dan als woordvoerder voor de media en als gezicht van het bedrijf, maar ook de ouders van het slachtoffer zijn ter plaatse en dat hakt er als ouder van een jong kind natuurlijk stevig in.”

Welke impact heeft de coronacrisis op het spoorverkeer gehad? “De coronacrisis en het verplichte thuiswerk hadden uiteraard een grote impact op het treinverkeer. Sinds maart is het aanbod van NMBS bijna weer hetzelfde als vóór de pandemie. Mobiliteit is een belangrijke slagader in onze samenleving en daar zijn we ons, mede door de coronacrisis, goed van bewust. Zelf was ik in het begin een beetje bang voor de nieuwe werksituatie met afwisselend thuiswerk en werken op locatie, want je wil als woordvoerder natuurlijk zo veel mogelijk op het terrein zijn. Nu zie ik het als een verrijking, ik kan bijvoorbeeld mijn dochtertje eens van school gaan halen. Dat was vroeger allemaal veel moeilijker.”

 

“Nieuwe voetgangerstunnel tussen nieuw schoolgebouw en station wordt bestudeerd”

 

Je bent 24/7 bereikbaar voor de media, hoe ga je om met die druk? “Het klopt dat je altijd paraat moet zijn en dat maakt het best druk en stresserend. Daarom probeer ik elke dag eens langs te gaan bij mijn ouders voor een babbel. Zij wonen trouwens ook nog altijd in Sint-Truiden. En natuurlijk geniet ik van de kleine dingen des levens samen met mijn vriendin en ons dochtertje. Daarnaast ben ik een fervente sporter. Ik loop, fiets en speel tennis. Je hebt hier immers een fantastische sportinfrastructuur in de stad, met een mooi zwembad en de tennisclub. Ik geniet ervan om mezelf te blijven uitdagen en om grenzen te verleggen, al ben ik door rugklachten wel moeten stoppen met competitietennis. Gelukkig kan je tennis ook anders beleven.”

 

Ben je een fiere ambassadeur van jouw geboortestad?

“Ik ben een echte Truineer, geboren en getogen. Na mijn studies bleef ik wel een tijdje plakken in Leuven, maar op mijn dertigste ben ik teruggekeerd naar Sint-Truiden. Haspengouw is een prachtige streek en daar mogen we best trots op zijn. Als ik voor mijn werk in een andere regio kom, geef ik wel eens een compliment over die streek en vertel ik er altijd bij dat ik zelf ook uit een prachtige streek kom. Vaak loop ik ’s ochtends vroeg op mijn eentje een kleine monumentenrun en dan ben ik echt trots op ons mooie stadscentrum. Ik volg ook de regionale actualiteit op de voet en ben trouwe lezer van Den Truineer.”

Vind je Sint-Truiden ook een echte spoorstad?

“Voor mijzelf alvast wel, omdat ik hier altijd opstap. Op een uur en vijf minuten sta je al op het perron van Brussel Zuid, waar ik meestal afstap. Dat moet je in volle ochtendspits maar eens met de wagen proberen. Hasselt is natuurlijk de hoofdstad van Limburg en telt negen perronsporen, maar ook Sint-Truiden is een belangrijk knooppunt. Voor de pandemie stapten hier dagelijks zo’n 1500 reizigers op. In totaal passeren er elke dag een 40-tal treinen en dat maakt van Sint- Truiden een van de belangrijkste stations van Limburg. Dus ja, je kan Sint-Truiden gerust een spoorstad noemen.”

 

“Je kan Sint-Truiden gerust een spoorstad noemen”

 

 

 

Zijn er plannen om de spoorinfrastructuur in Haspengouw verder uit te bouwen?

“Sinds december van vorig jaar zijn de twee verhoogde perrons van het station in Sint-Truiden klaar. Ook de onthaalinfrastructuur en de tunnel werden onder handen genomen en datzelfde geldt voor de gevels van het stationsgebouw. De collega’s van NMBS werken volop aan de vernieuwing van de stationsparking met overdekte fietsenstalling. In totaal investeren NMBS en Infrabel twee miljoen euro. Daarnaast werden er ook werken uitgevoerd aan de spoorinfrastructuur in de richting van Alken en Landen, allemaal van cruciaal belang voor veilig en vlot treinverkeer. En dan is er nog een nieuwtje, want op dit ogenblik onderzoeken we samen met de stad de piste van een nieuwe voetgangerstunnel tussen het nieuw schoolgebouw in aanbouw en het station. Daarover volgt later ongetwijfeld meer nieuws.”

Je bent sinds 2005 aan de slag bij Infrabel, zien we je ooit nog ergens anders?

“Ik hou na zeventien jaar nog altijd heel veel van mijn functie. Je moet jezelf blijven uitdagen om te vermijden dat je op automatische piloot gaat werken. Dat doe ik bijvoorbeeld door presentaties te geven over communicatie of lessen over veiligheid. Het zal moeilijk zijn om ooit een andere job te vinden met zoveel variatie, maar zeg nooit nooit natuurlijk. Communicatie is mijn ding en de passie is er nog altijd. Ik schreef vroeger graag opstellen en kortverhalen en de komende tijd denk ik eraan om de pen terug op te nemen. Een eigen boek schrijven staat nog op mijn bucket list.”