Philip Kevers: “De Snaat kan rekenen op een vast publiek. In het begin wisselde ik Nederlandse alinea’s al af met alinea’s in het dialect. Tot er vragen binnen kwamen om alles in het dialect te plaatsen. In het dialect schrijven en het hele boeltje leesbaar houden. Makkelijker gezegd dan gedaan, natuurlijk. Maar het lukte, al besefte ik zelf ook wel dat ik daarbij de Truiense grammatica niet volgde. Ik had en heb trouwens ook niet de pretentie die te kennen. Alleen die lettertekens al…. Tot André Pictoel, voorzitter van ’t Neigemenneke, de afgelopen week met een voorstel op de proppen kwam. Zijn vereniging is bereid om het dialect van De Snaat in het ‘perfect’ Sintruins om te zetten, niet helemaal, kwestie van de doorlopende tekst toch leesbaar te houden. Dat betekent wel weer dat we zinsneden in het dialect en Nederlands zullen afwisselen.”
André Pictoel, voorzitter van ’t Neigemenneke, is enthousiast. “Ik ben fan van De Snaat. En ik niet alleen. Al zijn er natuurlijk altijd wel critici en zullen die er ook altijd zijn. Maar wat extra humor, kwinkslagen en oogknippen kan in deze moeilijke tijden geen kwaad. Integendeel. ’t Neigemenneke is een verdediger van ons dialect en daarin streven we naar duidelijke eenvormigheid in de schrijfwijze, iets wat niet voor de hand ligt. Daarbij nemen we het woord ‘juist’ niet in de mond. Want een juiste schrijfwijze is er niet. Eenvormigheid is het sleutelwoord, de wildgroei willen we er liefst uit. Philip had er alleszins meteen oren na. En zo hebben we elkaar gevonden. Tot slot: ‘Sintrùins klappe is SJIK. Daar moeten we met z’n allen van bewust zijn.”